Rijbewijs A/A1/A2 - Deel H: Varia
Les 31: Overige verkeersregels
Belangrijk
Als je voldoende tijd hebt, maar dan ook alle oefenvragen die bij de theoriehoofdstukken van rijbewijs B staan. Heel wat examenvragen van Rijbewijs A hebben daarop betrekking.
Andere regels
Algemeen
Elke bestuurder moet in staat zijn te sturen, en de vereiste lichaamsgeschiktheid en de nodige kennis en rijvaardigheid bezitten.
Hij moet steeds in staat zijn alle nodige rijbewegingen uit voeren en voortdurend zijn voertuig goed in de hand hebben.
GSM
Behalve wanneer zijn voertuig stilstaat of geparkeerd is, mag de bestuurder geen gebruik maken van een draagbare telefoon die hij in de hand houdt.
Stuur vasthouden
Het is bestuurders van motorfietsen verboden te rijden zonder het stuur vast te houden.
Voeten op de pedalen
Het is bestuurders van motorfietsen of de passagier verboden te rijden zonder de voeten op de pedalen of op de voetsteunen te hebben.
Voorttrekken
Het is bestuurders van motorfietsen verboden te rijden door zich te laten voorttrekken of iemand voort te trekken.
Dier aan leizeel
Het is bestuurders van motorfietsen verboden te rijden terwijl zij een dier aan het leizeel houden.
Gevarendriehoek
Een bestuurder van een motorfiets moet geen gevarendriehoek bij zich hebben.
Wat als je het verkeersreglement niet naleeft
Wanneer je het verkeersreglement niet naleeft, dan is de kans groot dat je niet alleen jezelf maar ook anderen in gevaar zult brengen. Bovendien kunnen hier ook rechtstreekse strafrechtelijke gevolgen aan verbonden zijn.
De intrekking van het (voorlopig) rijbewijs
Een voorlopig rijbewijs kan onmiddellijk worden ingetrokken, voor een periode van 15 dagen (die tot tweemaal toe kan verlengd worden met 15 dagen) in geval van:
- een zware overtreding;
- rijden onder invloed van alcohol of drugs;
- vluchtmisdrijf;
- rijden in een periode waarin het recht tot sturen werd ingetrokken;
- een ongeval veroorzaakt door een zware fout;
- belemmering bij het onderzoek en bij de vaststelling van een overtreding.